Windmolens moet je bouwen waar het waait

Dus niet in Deventer

Devdocs:

Waarom willen we ook alweer windturbines? Omdat het al jaren duidelijk is dat we onze planeet aan het verwoesten zijn. We vervuilen ons milieu met plastic, met pesticiden, met industrieel afval, met massale dumping in het milieu van ons eigen afval, met de uitstoot van gifgassen waaronder een gigantische hoeveelheid CO2, met het vernietigen van de natuur en de leefomgeving van planten en dieren, met het vernietigen van de voor het leven essentiële variatie aan insecten, met het houden van dieren op een manier waarop virussen en andere ziektes vrij spel krijgen, enz, enz.

De manier waarop de politiek deze problemen aanpakt is door te komen met maatregelen die zorgen dat niet gezegd kan worden dat er vanuit de politiek geen aandacht voor is. Bijvoorbeeld door zich te concentreren op een vaag begrip als energietransitie en het optuigen van een reusachtig bureaucratisch apparaat om hier vorm aan te geven.

Zo is Nederland opgedeeld in energieregio’s die elk hebben moeten aangeven wat hun ambitie is in het vergroenen van de energie. Vastgelegd in de Regionale Energie Strategie, de RES. Daarin wordt niet uitgegaan van het werkelijke probleem namelijk dat we onze aarde aan het vernietigen zijn, maar gaat het over de vermindering van de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en het terugdringen van de hoeveelheid CO2. In Nederland moeten we in 2050 onze CO2-uitstoot met minimaal 95 procent reduceren ten opzichte van 1990. Daarmee beperken we de opwarming van de aarde tot 2 graden. Er wordt van uitgegaan dat daarmee allerlei ernstige gevolgen van klimaatverandering tegengegaan worden. Nu nog gebruiken we olie, kolen en gas, maar streven is dat we op termijn volledig fossielvrij zijn. Daarvoor schakelen we over op duurzame energie en moeten we heel veel energie besparen. Dit hebben we samen met 195 landen afgesproken in het klimaatakkoord van Parijs.”

Ook Deventer heeft zich vastgelegd op een bijdrage aan de energietransitie. Daarbij is niet uitgegaan van de sterke en minder sterke bijdrage die Deventer kan leveren, maar wordt de gemakkelijke weg gekozen: windturbines. Die worden gebouwd door de energiereuzen die daaraan veel geld kunnen verdienen. Het kost de gemeente geen geld en geen moeite. Al lange tijd is duidelijk dat de opbrengst van windturbines op zee aanzienlijk hoger is dan hier op land. Maar de gemeente moet haar target halen dus doe dan maar een paar turbines hier. Want alternatieven bedenken en realiseren kost veel tijd en moeite.

Windturbines in de IJsseldelta hebben een grote negatieve impact op natuur en fauna. We hebben hier grote aantallen vogels die de IJssel gebruiken als leefgebied of als oriëntatie tijdens hun trek. Niet alleen zijn windturbines vogel hakselaars. Windturbines zorgen ook voor verstoring van de voor de meeste dieren essentiële functie van het gehoor. Mensen hebben last van de brom en het woesj-woesj geluid van de turbines. Dieren raken daardoor gedesoriënteerd, horen de roep van hun jongen of partner niet meer en zullen de gebieden met windturbines verlaten. Voor trekvogels betekenen de turbines dat hun vaste trekroute die de IJssel volgt verlegd moet worden waardoor ze hun vaste oriëntatiepunten en fourageerplekken missen. Dit zal betekenen dat het aantal trekvogels nog drastischer zal afnemen.

Het milieu- en energieprobleem waar we mee kampen is niet lokaal en wordt ook niet lokaal opgelost. Deventer kan beter participeren in een landelijke en internationale aanpak. O.a. door te participeren in windturbines op zee. Of zonneparken in de woestijn die tegelijk de verwoestijning terug kunnen dringen. En in waterstofcentrales die met de reststroom van de windturbines op zee waterstof produceren dat zowel als brandstof gebruikt kan worden als gas door het bestaande gasnet naar onze huizen kan. Natuurlijk moet Deventer ook lokaal bijdragen aan het leefbaar maken en houden van ons leefmilieu. En zo slecht doen we het hier niet.

We zijn een gemeente met veel groen, met prachtige natuur en met relatief weinig vervuiling door fabrieken en gelukkig een nog relatief beperkte CO2 uitstoot van de landbouw. Op dat laatste zouden we als gemeente moeten investeren: de transitie van traditioneel boerende boerenbedrijven naar een vorm van boerenbedrijf zonder grootschalige veehouderij, gebruik van pesticiden of een monocultuur van gewassen.

We moeten investeren in het universeel plaatsen van zonnepanelen op alle huurwoningen samen met de woonbedrijven. Doel van gemeente Deventer is 9 turbines. Eén windturbine levert 15 miljoen kwh. In plaats van 1 windturbine zouden 7000 huizen van zonnepanelen moeten worden voorzien. Deventer heeft 45.000 huurwoningen. Als daarop zonnepanelen worden geplaatst is dat gelijk aan 6 windturbines. Als daarnaast ook bedrijfspanden van zonnepanelen worden voorzien is dat een equivalent van 7 windturbines.

Er moet ook ingezet worden op een reductie van het energiegebruik. Een reductie van 10% van het energieverbruik in Deventer zou al gelijk zijn aan het aantal kwh van 3 turbines. We kunnen het autoverkeer in de binnenstad radicaal terugdringen. We moeten aandringen op een milieubelasting op verpakkingsmateriaal en plastic frisdrankflessen en een verbod op plasticverpakking van etenswaren. Kortom: alternatieven genoeg. Stop de dwangneurose van de windmolens in Deventer en ga voor oplossingen die echt bijdragen aan een betere leefomgeving voor alle Deventenaren.

En als het aan mij ligt wordt ook het gebruik van kernenergie opnieuw en onbevooroordeeld tegen het licht gehouden.